Tijdens je vakantie in Thailand ontkom je er niet aan: de prachtige parelwitte zandstranden. Helaas ben je niet de enige die graag van deze stranden gebruik maakt. Ben jij na je rondreis door Thailand toe aan rust? Dit zijn vier onontdekte stranden.

Volledig relaxed schommel je heen en weer in je hangmat, opgeknoopt tussen twee palmen. Je tenen trekken lijntjes in het witte poederzand en tussen je wimpers door zie je de azuurblauwe zee glinsteren in het zonlicht. Nog even en je valt in slaap op je Thaise strand, maar dan opeens wordt je opgeschrikt door de keiharde beats van een strandtent, een knetterende jetski die over het water scheurt en het gelal van hordes dronken toeristen die over het strand zwalken. Thailand heeft ontelbare tropische stranden, maar voor je het weet ben je in de exotische wereld van opdringerige verkopers, beschonken Russen en sekstoerisme terechtgekomen. Vermijd je net als wij liever deze vorm van reizen, dan weten wij nog wel een paar plekjes voor het echte Robinsongevoel in Thailand.

1. Khanom – Dolfijnenstrand

Met uitzondering van de maanden september en oktober kun je het hele jaar door prima naar de zuidoostkust van Thailand, dus het is niet zo gek dat de eilanden hier enorm populair zijn. Ko Samui, Ko Phangan en inmiddels ook Ko Tao zijn ontdekt door het grote toerisme en backpackers die hier Full Moon Party’s, Half Moon Party’s en Black Moon Party’s vieren. Maar waarom zou je per se naar een eiland gaan als de kust van het vaste land precies dezelfde stranden en zee heeft? Het vissersplaatsje Khanom heeft schone en goed onderhouden witte stranden bij de paar hotels die er zijn, maar als je een wandeling langs de kust maakt, kom je vanzelf op de ruigere stukken, waar het strand bezaaid is met kokosnoten en wrakhout. Hier is verder niemand, behalve een visser die vanaf een rots in het water zijn net uitgooit. Behalve relaxen kun je vanuit Khanom tochtjes ondernemen met een traditionele longtailboot, waarbij je speurt naar wilde roze dolfijnen, die van tijd tot tijd rond je bootje opspringen.

2. Ko Naka Yai – Even niets, ‘naka’, nada aan je hoofd

Op maar een half uurtje varen van het drukke Phuket, aan de zuidwestkust van Thailand, ligt het rustige Ko Naka Yai. Een eiland waar helemaal niets te doen is, behalve genieten van de tropische begroeiing, het zachte poederzand en oneindige uitzichten over de zee waaruit kalkstenen rotsen opstijgen. Met recht het onbewoonde eilandgevoel dus, als je wegblijft van de zuidoostkant van het eiland waar nog wel dagjesmensen komen. Een stuk noordelijker op het eiland vind je een ecoresort met bungalowtenten en openluchtbadkamers. Je vult er je dagen met luieren aan zee of in de tropische tuin en zwemmen in het blauwgroene water van de Andaman zee. Geen elektriciteit hier (behalve ’s avonds in het restaurant), dus als de zon dramatisch is ondergegaan, lees je je boek bij het licht van de vele olielampen.

3. Ko Raya – Onderwatersafari

Vlak voor de kust van het eiland Ko Raya vind je het mooiste rif van de regio, een perfecte plek dus, als je behalve relaxen, ook wilt duiken of snorkelen. Er gaan geen ferry’s naar het eiland, maar de drie resorts die het eiland telt, halen je graag op vanuit Phuket met hun speedboat. Het spierwitte zand bij de geïmproviseerde pier doet pijn aan je ogen en niets houdt je tegen om direct neer te ploffen en de zonnestralen op je in te laten werken. Steek je het eiland over naar de andere kant (te voet of per tractor van het daargelegen resort), dan kom je bij een kiezelstrand, waar het zonnebaden minder spectaculair is, maar de onderwaterwereld des te mooier. Je bent nog maar twee meter de zee in als je de eerste vissen spot met je snorkel op en even verder spreiden de koraalbedden zich onder je uit. De felle kleuren en exotische vissen houden je uren zoet.

4. Ko Ngai – als Robinson

Je moet er een flinke afstand voor afleggen, want het zuidelijke eilandje Ko Ngai ligt een behoorlijk eind van Bangkok af, maar met een vlucht van Bangkok naar Trang kun je er toch in een paar uur zijn. Een idyllisch eiland waar het ene sprookjesachtige plaatje het andere afwisselt, alsof je naar een screensaver zit te kijken. Maar het is allemaal echt en het mooie is dat je hier een van de weinigen bent. De Trang Archipel kent zo’n 50 kleine eilandjes en Ko Ngai komt niet verder dan een paar resorts aan het strand, er is niet eens een dorpje. Het strand loopt eerst langzaam af (fijn als je met kinderen reist) tot het rif opeens recht naar beneden stort, ideaal om te snorkelen dus op een plek waar het koraal nog intact is. Na een lome dag vol zon en zee schuif je aan op het terras op het zandstrand. Onder het licht van de lampionnen en met je tenen in het zand geniet je van verse vis en kokosnootsap.

Deze stranden (en nog veel meer plekken) kun je bezoeken tijdens een individuele rondreis met Thailand online, onderdeel van reisorganisatie Riksja Travel. Kleinschalige accommodaties en een mooie mix van highlights en onontdekte plekjes, maken jouw reis uniek. Je kiest zelf de bouwstenen uit, dus jouw route; jouw reiservaring.