Op 7 februari 2014 starten de Olympische Spelen in Sotsji. Op tv zien we wekenlang alleen de mooiste accommodaties en beste sporters. Vanaf 26 januari laat reisjournalist Jelle Brandt Corstius in ‘De bergen achter Sotsji’ het andere Rusland zien.
Jelle Brandt Corstius reist in een zesdelige serie vanuit Sotsji door de Kaukasus. Ver weg van politieke machtspelletjes en de oorlogsintriges laat hij zien wat er in de bergen achter Sotsji gebeurt en wat voor mensen er wonen. Hij bezoekt afgelegen bergdorpjes en ontmoet trotse volkeren met een sterke onafhankelijkheidswens.
De reis van Brandt Corstius begint op 26 januari in Sotsji aan de Zwarte Zee, waar dan nog volop wordt gebouwd voor de Olympische Spelen. Vanuit Sotsji trekt hij het achterland in. Daar ontmoet hij de Tsjerkessen, een trots Kaukasisch volk met een tragische geschiedenis. Ook spreekt hij Syrische vluchtelingen die honderden jaren geleden uit Tsjerkessië zijn gevlucht.
De bergen achter Sotsji
De Noordelijke Kaukasus, waar ook Sotsji ligt en de Olympische Spelen in februari worden gehouden zijn Russisch grondgebied. Ga je echter een stukje verder naar het oosten, dan is het allemaal een stuk minder duidelijk. Daar wonen de Balkaren, de Tsjetsjenen en de Dagestanen, die allemaal onafhankelijk van Rusland willen zijn. Zij zijn alleen op papier Russisch.
Aan de andere kant van de Zuidelijke Kaukasus liggen Georgië, Armenië en Azerbeidzjan. Hoewel zij wel onafhankelijk zijn, hebben ook deze landen geen vanzelfsprekend bestaansrecht. Sinds het uiteenvallen van de Sovjet-Unie kennen ze een lange geschiedenis van geweld. Vele oorlogen later is er voor de inwoners echter niets veranderd. Zij behoren niet tot een land, maar tot een volk. Jelle Brandt Corstius gaat op zoek naar de verhalen.
De bergen achter Sotsji wordt vanaf zondag 26 januari 2014 zes weken lang om 20.20 uur op Nederland 2 (VPRO) uitgezonden.